Het kabinet heeft de levensloopregeling op 1 januari 2012 afgeschaft. Er is een overgangsregeling die loopt tot 1 januari 2022.
Het definitieve einde van de regeling is in zicht. Om praktische redenen is het fictieve genietingsmoment vervroegd naar 1 november 2021. Zodoende worden werkgevers en financiële instellingen in de gelegenheid gesteld de afwikkeling in het jaar 2021 te laten plaatsvinden. Feitelijk eindigt hierdoor de regeling dus twee maanden eerder.
Houders van een levenslooprekening zullen inmiddels door de financiële instelling zijn geïnformeerd over hoe de betreffende instelling omgaat met het beëindigen van de levensloopregeling.
Inleg levensloop
De laatste mogelijkheid om te sparen is in oktober 2021. Hierna zal de inleg worden gestopt. Sommige instellingen accepteren al eerder geen stortingen meer. Geef het op tijd door aan de salarisadministratie, wanneer de inleg eerder moet worden beëindigd.
Opname levensloopverlof
Zijn er al eerder afspraken gemaakt met betrekking tot opname van levensloopverlof in november en/of december 2021, dan heeft de wijziging van het overgangsrecht (het beëindigen van de overgangsregeling per 1 november 2021) ook gevolgen voor de opname van uw levensloopverlof. Gepland levensloopverlof in november en december kan eventueel worden omgezet naar onbetaald verlof. Dat heeft echter wel gevolgen voor de pensioenopbouw. Een periode van onbetaald verlof telt volledig mee voor opbouw van het pensioen. Werkgever en werknemer zullen dan afspraken moeten maken over de wijze waarop de verschuldigde pensioenpremie wordt verdeeld.
De levensloopverlofkorting zal worden verrekend tot en met oktober 2021. De uitbetaling van het gespaarde tegoed zal in oktober plaatsvinden. Eventueel kan een deel van het bedrag (na inhouding van loonheffing) voor u worden gereserveerd voor uitbetaling in de maand november en/of december. Wanneer dit wenselijk is, vragen wij u dit voor 1 oktober 2021 door te geven aan de salarisadministratie.
Uitbetaling tegoed
Verschillende financiële instellingen sturen er op aan om het tegoed op te nemen en via de werkgever uit te laten keren. Heeft u een bestemming voor het levenslooptegoed, geef dit dan tijdig door aan de levensloopinstelling (bank, verzekeraar of beleggingsinstelling).
Wanneer u op 1 november 2021 nog een levenslooptegoed bij uw levensloopinstelling heeft, dan zal deze instelling dit tegoed aan u uitkeren (Let op: er kunnen kosten in rekening worden gebracht).
Uw levensloopinstelling houdt loonbelasting in op uw uitkering, maar heeft nog geen rekening gehouden met heffingskortingen. In uw aangifte inkomstenbelasting 2021 wordt dit voor u berekend.
Het uitkeren van een levenslooptegoed leidt uiteindelijk tot een hoger belastbaar inkomen in 2021. Dit kan gevolgen hebben voor toeslagen en de verschuldigde inkomstenbelasting. Definitieve afrekening vindt plaats via de aangifte inkomstenbelasting. Wij adviseren u hiermee rekening te houden.